Rillen
Rillend staat ze aan de kant. Het is niet de temperatuur. Angst voor water kan het ook niet zijn; iedereen noemt haar een waterrat. Wendy beeft als een rietje. Ze had vannacht een nachtmerrie en ze werd nat van het zweet wakker. Staand bij de rivier laat de droom, waarin iemand verdrinkt, haar niet los. Ze raadt haar zusje aan niet het water in te gaan. Harriet lacht alleen maar om zoveel onzin en neemt een duik vanaf de brug. Wendy loopt weg. Ze vreest het einde.
Utrecht, okt. 2024