Wandelen rond Hanzestad Nijmegen
Vijf/zes Hanzesteden kunnen de meeste mensen wel opsommen, maar dat Nederland 22 Hanzesteden kent, weten maar weinigen. In dit Hanzejaar beschrijf ik voor Wandelnet een aantal van deze stadjes. Deze keer is de eer aan Nijmegen.
Ruim 30 jaar geleden verliet ik Nijmegen. Er is weinig hetzelfde gebleven constateer ik. Natuurlijk, Nijmegen is nog steeds een Hanzestad (sinds 1402), haar gezicht gericht op de Waal. Ook de Stevenskerk staat nog fier overeind. Maar er is veel veranderd/verbeterd waaronder de entree vanaf het station dat is verfraaid en verruimd. En een heuse promenade (met eronder een parkeergarage) leidt me naar het Keizer Karelplein, het draaipunt van de stad. Heb je hier auto leren rijden dan breekt het zweet je niet snel meer uit. Zes hoofdwegen komen uit op dit plein en bijna iedereen krijgt tegelijkertijd groen licht. Geen lijnen op de weg waaraan je kan zien of je op de goede baan zit. Een uitdaging, zullen we maar zeggen.
Vandaag komt deze wandelstad op adem na de 4-daagse met haar feesten. Waren er in mijn tijd 2-3 straten omgetoverd tot eettent, vandaag de dag zijn er honderden eettenten en muziekpodia. Er wordt nu hard gewerkt om alles zo snel mogelijk weer af te breken. De hele binnenstad geurt naar schraal bier en vette hamburgers. Omdat ik er vele jaren heb gewoond, kan ik wel door deze (kortstondige) afbraak heen kijken.
De beruchte Zevenheuvelen
Maar mijn wandeling vandaag begint in Groesbeek. Het is dag twee van de 2-daagse OV-stapper over de Mookerheide met aan het einde het historische centrum van Nijmegen. De route gaat over berg en dal, maar in Berg en Dal komen we niet. Het gebied is gevormd in de voorlaatste ijstijd, zo’n 150.000 jaar geleden. De bus zet me af aan de rand van Groesbeek en ik start op de Oude Zevenheuvelenweg, meteen het veld in. Op het eerste stuk zijn de glooiingen nog zacht en is het stijgen en dalen een mooie opwarmer. Ik ontdek de eerste paddenstoelen alweer en de geur van kamille verrast me. Heerlijk. Links zie ik op de heuvel het oorlogsmonument met de vlaggen van Canada en Nederland wapperend in de wind. Het pad loopt even samen met het bijzondere AirBornepad Market Garden.
Steek de Oude Kleefsebaan over en duik de bossen in op weg naar de Duivelsberg. Hier beginnen de heuse kuitenbijters. Door dit eeuwenoude bos lopen vele gemarkeerde en ongemarkeerde paden. Goed opletten, want voor je het weet zit je in het verkeerde dal. Ik gun mezelf pas een koffie bij restaurant De Duivelsberg als ik heb genoten van het uitzichtpunt op Mergelp. De wandeling gaat verder en met een stevige afdaling wandel ik het Filosofendal in. Vanaf hier blijft het klimmen en dalen; hier en daar met fraaie uitzichten op de Waal en de Ooijpolder. Als ik eindelijk Nijmegen weer binnenwandel weet ik dat het klimmen en dalen nog niet is afgelopen. In deze bocht rijst het rijksmonument Belvedère hoog boven de Waal, in het verleden een strategische positie. De ruïnes van de Barbarossakapel dateren van de 12de eeuw. Ik daal af naar de Waalkade, een heuse boulevard met restaurants en terrassen. Via de Grotestraat klimmen we weer omhoog en zigzaggen langs de nog resterende middeleeuwse gebouwen zoals het Johaniettenhof en de Stevenskerk. Tijdens de WWII is de Benedenstad zo goed als weggevaagd maar na de oorlog in stijl herbouwd. Via de gezellige Stikke Hezelstraat en het prachtige Kronenburgpark met zijn Kruittoren eindigt de wandeling weer bij het station.
Een stevige wandeling van ruim 16 km maar zeer de moeite waard.
Bekijk de wandeling Groesbeek - Nijmegen
Utrecht, juli 2023